Categorie archief: Winnaars

Juryprijs 2017: Rebecca van Leeuwen (1952)

Rebecca van Leeuwen heeft als oprichter, regisseur, docent en directeur van Jeugdtheaterschool Rabarber al jaren grote invloed op veel kinderen en jongeren in Den Haag. Met ongebreidelde energie en passie draagt ze de magie van theater over op een jong publiek. Ze begon Rabarber in 1985 en bouwde het uit tot een begrip in Den Haag en een van de grootste (jeugd)theaterscholen in Nederland. Ook de Piket Kunstprijzen kennen de invloed van Rabarber: David Geysen (vakjurylid toneel), Jos Nargy (genomineerde toneel 2015) en Karel van Laere (winnaar toneel 2014) hebben lessen gevolgd. Rabarber vervult als springplank voor professioneel theatertalent een belangrijke rol, maar is onder de bevlogen leiding van Van Leeuwen ook uitgegroeid tot een onmisbare plek voor jeugdtheater en amateurkunst in Den Haag. In dit theaterhuis kunnen kinderen met veel plezier al spelend zichzelf en hun talent ontwikkelen.

Debbie Young

Schilderkunst: Debbie Young (1990)

Debbie Youngs werken kennen zowel een letterlijke als figuurlijke gelaagdheid, waarbij elke laag de vorige relativeert of deels aan het oog onttrekt: zoals je in een vervallen huis de geschiedenis van alle voorgaande bewoners in de verschillende lagen behang zou kunnen aantreffen. Ze werkt met een geslaagde combinatie van realistisch geschilderde elementen, foto’s, gips, wonderlijke figuurtjes van klei en lagen epoxy. Het gebruik van clichébeelden en ironische elementen zorgt voor humor. Haar diverse presentatievormen pakken tegen de verwachting goed uit. Soms gaan de werken op in een getransformeerde ruimte, soms zijn het individuele objecten aan een witte muur. Hiermee spoort Debbie de beschouwer aan steeds op een andere manier te kijken. Het resultaat is explosief, maar ook kwetsbaar en persoonlijk.

Kaatje Kooij

Toneel: Kaatje Kooij (1990)

Kaatje Kooij is authentiek, serieus en ook bescheiden, poëtisch en fijngevoelig. Daarnaast is ze eigenzinnig en soms dwars. Ook zoekt ze het experiment op door buiten de gebaande paden te treden en verwerkt ze daarin een vleugje eenzaamheid. Zo werkte ze bijvoorbeeld aan thema’s die voor haar erg delicaat bleken, dat getuigt van kracht. Het afgelopen jaar is ze hard doorgegroeid naar een volwassen actrice. Kaatje is altijd dienstbaar aan de inhoud van het toneelstuk. Dat is een grote kwaliteit. Ook is ze goed in haar taalbeheersing en tekstbehandeling. Ze kan snel schakelen en weet zichzelf op de juiste momenten niet te forceren. Kaatje zoekt de uitdagingen waar ze kan. Daarbij blijft ze dicht bij zichzelf en eerlijk. Ze heeft een grote passie voor het vak en veel potentie om door te groeien.

Dans: Alice Godfrey (1994)

Als je binnen de talentenpool van het Nederlands Dans Theater 2 – waarschijnlijk het beste juniordansgezelschap ter wereld – eruit weet te springen, is er iets bijzonders aan de hand. Alice is een magnetische toneelverschijning. Ze is een absolute blikvanger met een intrigerende, intense uitstraling, die tegelijk speels en raadselachtig is. Haar talent is evident, ze heeft het lijf en een gezonde dosis gekte. Maar dat betekent niet dat alles wat ze aanraakt zomaar in goud verandert. Ze werkt heel hard en blijft dag in dag uit zoeken naar de sleutels tot haar rollen. Dat lukt haar: ze weet met haar interpretatie de choreografie altijd iets extra’s te geven. Alice heeft het in zich om een groot kunstenaar te worden.

Leo Spreksel

Juryprijs: Leo Spreksel (1950)

Leo Spreksel is de belichaming van wat één individu voor de ontwikkeling van dans in een stad kan betekenen. Dat begint al in 1988 na zijn aanstelling als eerste dansprogrammeur van het Korzo theater in Den Haag. Hij begrijpt dat jong talent alleen aan het kunstklimaat van een stad gekoppeld kan worden door ondersteuning. Dat doet hij onder meer door het eerste productiehuis voor dans in Nederland te vormen. Door samenwerkingen met anderen, zoals het Holland Dance Festival en het Nederlands Dans Theater, tilt hij talentontwikkeling naar een hoger plan. Ook zet hij zich in voor jongeren en geeft hij andere dansvormen, zoals Indiase dans en breakdance, een plek in het theater. Spreksels verdiensten voor de dans zijn van onschatbare waarde. Mede dankzij hem kan Den Haag zich met recht profileren als een dansstad van internationale allure.

Schilderkunst: Lennart Lahuis (1986)

Lennart Lahuis stelt op inventieve wijze het concept zichtbaarheid aan de orde. Dat bereikt hij door te spelen met de hoeveelheid informatie en het tempo waarmee hij die prijsgeeft. Zowel zijn achter een waslaag verstopte wegwerpafbeeldingen, als zijn ogenschijnlijk slechts uit water bestaande vloerwerken vragen van de kijker een zekere inspanning, maar communiceren daardoor des te krachtiger. Het beeld vervaagt of verdampt zelfs letterlijk, en laat bij de toeschouwer een ghost image achter. Daardoor vraag je je af wat je nu eigenlijk denkt te zien. Door zijn conceptuele aanpak verkleint Lahuis bewust zijn speelruimte als scheppend kunstenaar.

Dans: Sarah Murphy (1988)

In de Canadese Sarah Murphy ziet de vakjury een getalenteerde en harde werker. Ze heeft een geweldig bewegen, dat ze van top tot teen in weet te zetten. Murphy gebruikt elke vezel in haar lichaam en slaagt er moeiteloos in je te betoveren. Ze heeft een grote verbeelding waarin ze de toeschouwer weet mee te slepen en kan zich veel dansstijlen eigen maken. Het integreren van emotie en gevoel in haar dans kan Murphy als geen ander. Ze intrigeert door haar vermogen haar emoties met zoveel mogelijk detail uit te drukken. Murphy heeft de jury geraakt met haar expressiviteit.

Toneel: Nik van den Berg (1987)

Nik van den Berg is een enorm talent. Niet voor niets was hij vorig jaar al genomineerd. Destijds viel hij op met een eigen voorstelling op De Parade, waarin hij al zijn vermogen etaleerde om het publiek te verleiden met zijn extravagante theaterpersoonlijkheid. Deze heeft hij het afgelopen jaar verder weten te ontwikkelen. Van den Berg heeft een duidelijke artistieke signatuur en maakt scherpe schakelingen. Ook weet hij het podium volledig naar eigen hand te zetten. De jury hoopt dat Van den Berg als acteur, maker en performer de verdieping blijft opzoeken; in samenwerkingen met anderen die hem uitdagen, maar ook in solo-performances die zijn palet kunnen uitbreiden, en hem helpen het publiek ook artistiek, inhoudelijk en intellectueel uit te dagen.

Juryprijs: Jan Schouten (1953)

Jan Schouten is een levende legende, een bijzonder musicus en een instituut, maar bovenal een alledaagse held. Als begeleidend pianist werkt hij al ruim 40 jaar in alle lagen van de muziek en danskunst. Bij het Nederlands Dans Theater verzorgt hij de muzikale ondersteuning tijdens de repetities. Ook werkte Schouten samen met choreografen Jiři Kylian en Hans van Manen. Zijn spel is altijd bruisend, met humor en emotie voor iedereen voor wie hij speelt. Honderden kinderen van de Haagse dansvakopleiding hebben zijn begeleiding bij danslessen gekregen en honderden docenten uit binnen- en buitenland hebben op zijn muziek lesgegeven. Zijn kracht schuilt in het elke dag opnieuw met volle overtuiging, enthousiasme en liefde voor de dans te blijven spelen.

Schilderkunst: Inge Aanstoot (1987)

Het werk van Inge Aanstoot is fantasievol, krachtig, organisch, kleurrijk en kent veel interessante contrasten. Ze schept een eigen wereld die persoonlijk en toch algemeen herkenbaar is. Aanstoots schilderijen zijn overwegend groot en vaak tot in alle hoeken gevuld, maar ze weet ook spanning op te roepen met leegtes tussen figuren en voorwerpen. Haar kleuren zijn diep en intens. Ze schildert vanuit haar eigen ervaring, brein en ziel en lijkt dat op een bijna vanzelfsprekende manier te doen.
Door een goede vlak- en kleurverdeling weet zij ondanks de veelheid aan details eenheid in haar composities te bereiken. Haar werk lééft. Sinds haar afstuderen in 2009 maakte zij al een sterke ontwikkeling door, en de jury verwacht dat zij in de toekomst zeker nog verder zal groeien.