Terug naar overzicht

22 maart 2023 | Nieuws

Joep Hendrikx: ‘Met poëzie kun je alle kanten uit’

De Piket Kunstprijs heeft Joep echt overvallen – hij had het volstrekt niet zien aankomen. Maar het is wel een enorme opsteker voor de Poezieboys. Joep en collega-Poezieboy Jos Nargy (die in 2018 de Piketprijs won in dezelfde categorie) zijn energiek op weg naar de toekomst. “Met poëzie kun je alle kanten uit”, zegt Joep.

Overgangsfase

Joep heeft het geldbedrag dat aan de Piketprijs is verbonden op een spaarrekening gezet. “Voor het moment dat het echt van pas komt. Het moment dat ik denk, ja nu!”, zegt hij. En dat moment is nog niet aangebroken. De Poezieboys bevinden zich in een soort overgangsfase. “Zo’n zeven jaar lang werkten we onder de vleugels van Het Nationale Theater, maar vorig jaar werden we door de Coproducers, het platform voor vlakkevloertheaters in Nederland, geselecteerd voor drie seizoenen extra speelbeurten en financiële steun. Ineens zijn we veel meer ‘een bedrijf’ met meer personeel, meer mogelijkheden. En zo’n selectie speelt ook een rol bij het benaderen van andere subsidiënten. Dat biedt nog eens extra kansen.” Op vrijdag 31 maart is er weer een Poeziebar XL in de grote zaal van de Koninklijke Schouwburg. “We doen iedere maand een Poeziebar in Zaal 3”, legt Joep uit. “Bij de Poeziebar XL doen we wat we altijd doen, maar dan groot. We hebben acht goeie dichters uitgenodigd!” In juni gaan de Poezieboys met dichter en performer Joost Oomen naar Oerol en meteen daarna begint de Parade.

‘Zonder personages’

In haar rapport omschreef de Piket vakjury het presenteren van poëzie als ‘een type spel zonder personages’ – een intrigerende omschrijving. Wat denkt Joep daarvan? “Ja, het is heel anders dan Shakespeare spelen. Wij kunnen de context, het verhaal, zelf maken. Met poëzie kun je alle kanten uit”, zegt hij. “Het selecteren van het tekstmateriaal is het zwaarste werk, dat kost het meeste tijd. Waarom deze dichter? En waarom deze dichter juist nu? Daaromheen situeren we de avond. Er is bovendien niet alleen tijd nodig om in een nieuwe performance te komen, maar ook om de voorgaande echt los te laten. Natuurlijk praten we ook over de interpretatie van elk gedicht. Wat heeft zo’n gedicht nodig? Hoe komt het tot zijn recht? Dan gaan we kijken naar de woorden, de taal van het gedicht, en experimenteren met de voordracht. Kijken wat het beste werkt om het gedicht te laten binnenkomen. Moet er een kostuum bij of niet? Willen we er videomateriaal bij?”

Russische dichters

Deze zomer staat bij de Poezieboys de Spaanse dichter en toneelschrijver Federico García Lorca centraal en daarmee de vraag of een dichter politiek mag zijn of niet. “García Lorca trok met een groep theaterstudenten door het land en bracht theater in kleine dorpen zoals dat in de middeleeuwen gebeurde, door te spelen op een wagen”, legt Joep uit. “Hij noemde dat ‘het theater onder het zand’. Voor hem was dit het échte theater. Dat willen we doen herleven.” Voor begin volgend jaar staat er een voorstelling rond de Franse schrijver Georges Perec op het programma. De Poezieboys zijn bepaald niet eenkennig, maar Joep heeft een zwak voor Russische dichters. Zo wijdden de Poezieboys een voorstelling aan Daniil Charms en tijdens de prijsuitreiking vorig jaar droeg Joep een gedicht voor van Boris Ryzhy. Russische dichters? “Tja, het is moeilijk”, geeft Joep toe. “De dichters die ik bewonder hebben met de huidige situatie niets te maken. Bovendien waren ze in hun tijd vaak juist controversieel. Laten we niet vergeten dat veel Russische poëzie is geboren uit onderdrukking en verzet.” Hij vindt het jammer dat het nu allemaal zo gevoelig ligt.

In het Nederlands

De Poezieboys hebben er geen enkele moeite mee om ver buiten de Nederlandse grens te kijken, maar hun voorstellingen zijn altijd in het Nederlands. “Ja, we werken steevast met vertalingen. Het Nederlands is toch de enige taal waarvan je iedere nuance kent en die je dus het meeste, het diepste, raakt. Er verandert veel in het kunstlandschap en wij vinden het belangrijk daarover na te blijven denken. Maar het belangrijkste is dat we doen wat de kunst ten goede komt en dat de discussie doorgaat.”

Hoofdfoto: Hessel Waalewijn
Foto’s: slideshow: Gordon Meuleman
Tekst: Anna Beerens